Lees de tekst nog niet.
Lees de titel en bekijk de afbeelding.
Wat zie je al?
Wat kun je zeggen over dit verhaal?
Midden in een groot dicht bos stond eens een oud kasteel. Hier woonde een oude heks, helemaal alleen. Overdag veranderde ze in een kat of in een nachtuil en ’s avonds werd ze weer mens. Als er mensen te dicht bij haar kasteel in de buurt kwamen, dan verstijfden ze. Alleen de heks kon ze bevrijden met een toverspreuk. Jonge meisjes werden door de oude heks veranderd in een vogel en opgesloten in het kasteel.
Tip: denk je aan de leesvraag?
Op een mooie namiddag gingen Jorinde en Joringel naar het bos om te wandelen. Joringel waarschuwde Jorinde al voor de heks, die midden in het bos woonde. Tijdens de mooie wandeling praatten ze veel. Hierdoor verdwaalden ze al snel. Ze wisten niet meer waar ze waren en hoe ze thuis moesten komen. Plotseling zagen ze de muur van een kasteel. Ze voelden zich ineens erg verdrietig. Even later keek Joringel om zich heen en hij zag nergens Jorinde meer. Hij werd bang en zag Jorinde niet meer. Hij hoorde haar wel zingen:
Mijn vogel met zijn ringetje rood,
zingt lijden, lijden, lijden,
hij zingt voor het duifje over zijn dood,
zingt lijden, lij… twiet-twiet-twiet
Terwijl ze zong werd ze langzaam omgetoverd in een nachtegaal! Joringel kon zich niet meer bewegen; hij was verstijfd. Een nachtuil kwam aanvliegen en landde in een struik en er kwam een oude, kromme vrouw tevoorschijn. De heks! Ze ving de nachtegaal en nam deze mee naar haar kasteel. Na een tijdje kwam ze terug en sprak: ‘Gegroet Zachiël, schijnt het maantje in de mand, maak los die band.’ Joringel kon zich weer bewegen en smeekte de heks om Jorinde terug te geven. Maar hij kon de heks niet overhalen...
Joringel ging rondzwerven, van het ene dorp naar het andere dorp. Hij bleef altijd dicht in de buurt van het kasteel waar hij Jorinde verloor aan de heks. Op een nacht droomde Joringel over een bloedrode bloem met een grote parel erin. Met deze bloem ging hij naar het kasteel. Alles wat de bloem aanraakte, werd bevrijd van de betovering. De volgende ochtend ging Joringel op zoek naar deze bijzondere bloem. Pas na negen dagen zoeken vond hij op een morgen een bloedrode bloem met in het midden een grote dauwdruppel, mooi als de grootste parel. Hij ging ermee naar het kasteel en hij verstijfde niet! Hij raakte de poort van het kasteel aan met de bloem en deze ging open. Joringel liep naar binnen en hij hoorde wel duizenden vogels zingen.
Toen de heks Joringel zag, werd ze heel boos. Ze spuwde gif en gal. Maar de heks kon niet in de buurt komen van Joringel. Snel pakte de heks een vogel. Joringel sprong ernaartoe en raakte de heks en de vogel met de bloem aan. Plots stond daar Jorinde en ze was nog net zo mooi. De heks verstijfde en verloor al haar toverkracht. Alle vogels kregen hun meisjesgedaante weer terug.