Lees de tekst nog niet.
Lees de titel en bekijk de plaatjes.
Wat zie je al?
Welk feest past bij deze tekst?
Normaal kakelen alle dames in het kippenhok flink door elkaar heen, maar vandaag kun je er een speld horen vallen. De dames zijn erg gespannen voor wat er vandaag komen zal.
Buiten het kippenhok hupt de paashaas zenuwachtig heen en weer. De afgelopen weken heeft hij hard gewerkt om de mooiste eieren te beschilderen voor zijn eiershow.
Dat viel dit jaar helemaal niet mee! Maar nu zijn ze dan toch klaar. Vijfentwintig prachtige eieren liggen in een grote mand, zorgvuldig ingepakt in vers stro. Hij geeft het eerste ei aan de kleine Tom. ‘Ga maar naar binnen Tom en voorzichtig zijn hoor.’ Kleine Tom gaat door de deur het kippenhok binnen. Het ei dat Tom draagt is paars, met groen en lichtgeel, beschilderd met de mooiste lentebloemen. Na Tom komt Harriëtje met een zilverkleurig ei, waarop jonge haasjes zijn geschilderd in goud. Alle tweeëntwintig eieren worden getoond, de ene nog mooier dan de andere. Alle kippen genieten met volle teugen en laten luidruchtig weten wat ze van ieder beschilderd ei vinden. ‘Wat is het toch een groot kunstenaar, die paashaas’, zucht Witje.
Tip: denk je aan de leesvraag?
Het laatste ei pakt de paashaas zelf. Het is afgedekt met een rode fluwelen lap. De paashaas doet zijn strik recht, strijkt nog even door zijn snorharen, zucht diep en hupt het kippenhok in. Alle kippen houden hun adem in. Wat zal er onder die rode lap zitten? ‘Dames’, begint de paashaas. ‘Het is mij een eer om jullie dit laatste, maar bijzondere ei te tonen. Het is mijn grootste creatie ooit! De wereld van het eierversieren zal nooit meer hetzelfde zijn.’
Met een zwierige beweging trekt de paashaas de lap weg. Het is het grootste ei van de avond. Mooi glad zonder een enkel bobbeltje of deukje, maar... helemaal wit. De kippen die op het punt stonden om een in een luid gekakel uit te barsten vallen ineens stil. Ze kijken verbaasd naar het ei. ‘Mijnheer de paashaas’, zegt Witje, ‘niet om het één of ander en we hebben erg genoten van de show, maar dit is een gewoon ei.' ‘Ja’, zeg Klaartje, ‘míjn ei! Ik weet het nog goed. Zo groot is ie... ik heb nog steeds last met zitten.’
‘Dames, dames, dames’, zegt de paashaas. ‘Dit paasei toont je het mooiste wat je kunt bedenken, maar niet kunt maken. Als ik er goed naar kijk, zie ik een groene wei, met een stromend beekje dat schittert in het zonlicht en paardenbloemen zover als je maar kunt kijken. ‘Probeer het zelf maar, dan zul je het zien.’ En dat doen alle kippen.
Geconcentreerd kijken ze naar het ei en al snel lijkt er iets te gebeuren. ‘Ik zie een dikke, vette, glimmende worm’, tokt Hennie opgewonden. ‘Ik allemaal gele maiskorrels’, zegt Katrien en kijkt hongerig naar het ei. ‘Ik zie Salvador, die grote haan van hiernaast’, bekent Witje met een kleur. Alle kippen in het hok zien iets anders op het ei. Na een tijdje doet de paashaas het doek weer over het witte ei. Daarmee is de betovering verbroken...
De kippen barsten allemaal uit in een enorm gejuich. De paashaas wordt door de kippen opgetild en in de lucht gegooid. ‘Dames, dames. Ik ben bang dat mijn strikje kreukt. Zet me weer op de grond.’ Eenmaal op de grond pakt de paashaas zijn eieren bij elkaar en gaat naar huis. De kippen scharrelen over het erf en nemen zich voor om net zo’n mooi ei als Klaartje te leggen.
Ga je dit jaar met Pasen eieren zoeken en vind je een gewoon wit ei? Wees dan niet teleurgesteld en jaloers op anderen die wel een gekleurd ei hebben gevonden. Jij hebt het meesterwerk van de paashaas! Als je goed kijkt zie je iets heel moois. Misschien wel een dikke worm of Salvador, de grote haan van hiernaast.