'Trrriiiinnnngggg'. De schoolbel gaat voor het laatst dit schooljaar. Het is zomervakantie en alle kinderen van basisschool De Bloemruiker zijn zes lange weken vrij. Eefje en Teun rennen opgewonden naar huis. Even geen school meer en lekker doen waar ze zelf zin in hebben. Eefje en Teun gaan dit jaar niet op vakantie. Ze hebben met mama afgesproken dat ze mogen kamperen in de achtertuin.



Als ze thuis zijn, halen ze gelijk de kampeerspullen van zolder. Dan zoeken ze een mooi plekje in de tuin om de tent op te zetten. Alle onderdelen van de tent zitten in verschillende tassen. Eefje legt alle tentstokken bij elkaar en Teun zoekt de haringen. Als alles gesorteerd is en netjes bij elkaar ligt, gaan ze beginnen. Eerst zetten ze de binnentent op. De onderkant zetten ze vast met haringen en daarna trekken ze het buitenzeil over de binnentent. Het buitenzeil maken ze ook stevig vast met scheerlijnen. Die touwen zorgen ervoor dat de tent stevig blijft staan als het hard gaat waaien. Als Eefje en Teun klaar zijn, halen ze zoveel mogelijk kussens en lakens op en richten ze hun slaapplek in. Als laatste schildert Teun op een houten bord 'Griezeltent'. Dit bord zet hij voor de ingang van de tent.

Die avond liggen Eefje en Teun lekker warm tussen alle kussens. Ze hebben allebei een zaklamp gekregen en schijnen door het donker. Eefje vertelt een spannend griezelverhaal over een hongerige griezelwolf die op zoek is naar lekkere, malse kindertjes. Teun moet giechelen. Hij vindt het toch wel een beetje eng. Als Eefje is uitverteld, doen ze allebei hun zaklampen uit.

Als ze bijna slapen horen ze plotseling geritsel in de verte. Eerst gaat het snel en dan weer langzaam. 'Hoorde jij dat ook?', vraagt Eefje met een piepend stemmetje. Het geritsel komt dichterbij en het gaat nu samen met gesnuif en gegrom. Teun klikt zijn zaklamp aan en schijnt op het tentzeil. Het gegrom komt dichterbij en de schaduw op het tentzeil wordt groter en groter. 'Heeeeelp!!', schreeuwt Eefje. 'Het is de griezelwolf!'



Eefje en Teun springen op en rennen zo snel ze kunnen de tent uit. Gillend hollen ze naar de achterdeur, met de griezelwolf op hun hielen. Als ze bijna bij de deur zijn stapt de griezelwolf op de pyjamabroek van Teun en vallen ze allebei in het gras. Eefje draait zich om en schijnt met haar zaklamp. De griezelwolf schud wild heen en weer. Maar... wat heeft hij over zijn kop? Eefje ziet de verpakking van de zak hondenbrokken en daaronder een harige, kwispelende staart. En dan...begint ze hard te lachen.



Tip: denk je aan de leesvraag?

'Het is Bobby!', roept Eefje. Teun durft eindelijk te kijken en snapt ook waar ze zo bang voor waren. Het is hun hond, die de zak met brokken vast heeft zitten over zijn kop. 'Hij heeft stiekem van de brokken gesnoept en zat toen vast!' Mama heeft het lawaai gehoord en komt naar buiten. Samen moeten ze heel hard lachen om het spannende avontuur. Een half uur later liggen Eefje, Teun en hun hond Bobby samen in de tent en vallen ze rustig in slaap.